Na een paar dagen Graciosa gaan we met de andere 3 Nederlandse jachten naar jachthaven Rubicon op Lanzarote. We varen met een ruime wind van 5 a 6 Bft mooi gelijk op met de Dixbay en het lijkt wel of de Nostress stiekem een lijntje aan onze boot gebonden heeft, zo recht varen ze achter ons aan. De Blabber zeilt daar weer achter en zij genieten enorm dat ze voor het eerst op de windvaan zeilen en dat het perfect gaat.
De kust van Lanzarote is prachtig om langs te varen. We hebben uitzicht op een zwart, bruin en rood gekleurd vulkaanlandschap met vele pieken, die er uitzien alsof ze zo weer kunnen gaan spuwen. De zee breekt in wit schuim op de zwarte kust en witte dorpjes blakeren in de zon. Bij Rubicon klaren we ons met 4 boten tegelijk in.
Samen met de Blabber en de
Nostress huren we een auto om het eiland te verkennen. Dixbay gaat al weer
verder. Lanzarote is vulkanisch en er groeit nauwelijks iets. Het oostelijk
deel van het eiland bestaat uit een kaal vulkaanlandschap, dat door
uitbarstingen in de 18e eeuw ontstaan is. We bezoeken het nationale park Timanfaya dat o.a. uit
vulkaankraters en lavavelden bestaat. Met een bus toeren we drie kwartier door
het landschap. We rijden over de randen van kraters en de klassieke muziek in
de bus zorgt voor een extra dramatisch effect als je links en rechts alleen
maar afgrond ziet.
We hadden nog wel wat langer op Lanzarote willen blijven, maar gaan na een
dag verder richting Tenerife want we krijgen bezoek!
Donderdag de 15e halen we Keimpe’s ouders, broer
en schoonzus (Teertse en Jolanda) van het vliegveld. Ze blijven een week en
zitten in een hotel vlakbij de haven in Santa Cruz de Tenerife waar wij met de
boot liggen. We hebben een hele gezellige week. We gaan een aantal keren
heerlijk uit eten en koken ook nog twee keer aan boord van de Gaia. Na het
eerste bijpraten en het verkennen van de stad, huren we een paar dagen een
auto. De eerste dag zijn we door de wolken en mist naar het Parque Nacional del
Teide gereden. Dit park ligt hoog (boven de wolkengrens) op het midden van het
eiland. Het landschap is vulkanisch en ziet er erg onherbergzaam uit. In het
midden van het park ligt de Pico del Teide, deze nog steeds vulkanisch actieve
berg is de hoogste van Spanje. Op de top (3718 meter hoog) lag dit
keer geen sneeuw. We nemen de kabelbaan omhoog en genieten van de prachtige
uitzichten. De dag erop gaan we naar het Anagage gebergte. Het is een
vulkanisch gebergte maar wel weelderig groen dankzij een koel en vochtig
klimaat. We rijden naar het kustplaatsje Igueste de San Andrés. Midden door het
dorp loopt een ravijn waar mango´s, bananen en avocado´s verbouwd worden. Op de terugweg gaan we nog
even op het goudgele strand las Teresitas liggen, maar helaas is het te koud om
te zwemmen. De derde dag gaan we naar de oude stad La Orotava aan de noordkant
van het eiland. La Orotrava
is een oude stad met veel 17e- en 18e-eeuwse huizen. Leuk
om doorheen te wandelen. Aan de noordkant zijn zwarte stranden waar veel
surfers actief zijn omdat er flinke golven staan. Jolanda is de enige die een
duik in de zee waagt. De laatste dag bezoeken we het audiotorium dat aan de
ingang van de haven staat. Dit gebouw is ontworpen door Calatrava. Dezelfde
architect waarvan we de geweldige ‘stad van de kunsten en wetenschappen’ in
Valencia hebben bezocht. Ook het auditorium op Tenerife is weer prachtig om te
zien. De week is heel erg snel gegaan, maar we hebben er allemaal erg van
genoten.
Tja en nu zijn we druk aan het klussen en boodschappen doen.
Dit allemaal ter voorbereiding op onze oversteek naar de Carieb. We hebben nog
geen exacte planning, maar we willen na nog wat rondtoeren op de Canarische
eilanden wel weer via de Kaap Verden oversteken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten